Zo luidde de kop in Het Parool van zaterdag 29 juli ’17. Dat intrigeert me, te meer omdat tal van nationaliteiten veel gastvrijer blijken dan wij Nederlanders. Het artikel lezend worden twee redenen aangevoerd: 1) de overvolle agenda’s en 2) het gericht zijn op het gezin. Zonder deze twee argumenten tegen te willen spreken, ik heb hier immers geen onderzoek naar gedaan, krap ik me toch achter de oren.
Het onderzoeksbureau licht met behulp van mooie infographics toe dat we het in Nederland qua gastvrijheid niet zo goed doen. Althans wanneer we kijken naar de resultaten op de onderzoeksvraag: “Please indicate how often you entertain guests in your home”? De antwoordmogelijkheden fluctueren van dagelijks, wekelijks, maandelijks tot minder vaak en nooit. Als Nederlanders eindigen wij achter de Koreanen en Japanners als minst gastvrij op de bovengenoemde vraag.
In dezelfde zaterdageditie van de krant staat een onderzoek van promovendus Kommattam over hoe ingewikkeld het is de gezichtsuitdrukkingen van mensen met een andere etnische afkomst te interpreteren. Boeiend onderwerp en eigenlijk best verwonderlijk dat hier nog nooit onderzoek naar is gedaan. Zeker in een wereld waar steeds meer mensen steeds en buiten hun geboorteland gaan wonen.
Dit onderzoek levert de auteur een doctorstitel, een mooi resultaat na de nodige noeste arbeid en een gedegen onderzoek. In het krantenartikel staat dat de uitleg van emoties bij mensen met een andere etnische achtergrond vaak gebeurt vanuit het eigen perspectief. Met als gevolg dat de plank makkelijk wordt misgeslagen. Bovendien zo onderschrijft de auteur is het belangrijk zaken in een context te zetten en te bekijken.
Wanneer de twee artikelen naast elkaar staan, roept het vragen op die van belang zijn in tal van maatschappelijke vraagstukken. Wat zouden cultuur-goeroes als Hofstede en Trompenaars hierover zeggen? En is er een relatie tussen gastvrijheid en de interpretatie van gezichtsuitdrukkingen? Wat mij betreft wel.
Is het mogelijk om op basis van één vraag de gastvrijheid van een volk af te leiden? Persoonlijk vind ik dat wat kort door de bocht en doet het geen recht aan het onderzoek. Wie aan deze uitleg debet is, het onderzoeksbureau dan wel de krant, is mij niet duidelijk. Aanvullend, kwalitatief onderzoek zou de uitspraken beter kunnen staven.
Het roept andere vragen op bijvoorbeeld over hoe gastvrij wij omgaan met bijvoorbeeld leerlingen en studenten met een andere etnische achtergrond? Of met patiënten en cliënten in de zorg? Of met vluchtelingen, gedetineerden, toeristen, congresbezoekers… om maar eens wat groepen mensen te noemen onder welke vaak meerdere etnische achtergronden te vinden zijn.
Hoe kunnen we er zeker van zijn dat ze begrijpen wat wij – in dit geval spreek ik even vanuit een Nederlandse achtergrond – bedoelen? En wellicht belangrijker nog, weten wij zeker dat we hun correct interpreteren als we hun emoties aflezen van hun gezicht?
De vraag stellen is ‘m beantwoorden. Meer onderzoek naar wat gastvrijheid betekent voor mensen met diverse etnische achtergronden is daarvoor nodig. En het zal zeker helpen om misverstanden te voorkomen en mensen met andere etnische achtergronden te begrijpen…werk aan de winkel!
Comments are closed.